In 2050 past economische activiteit op de Noordzee en andere grote Nederlandse wateren, waaronder energiewinning, voedselproductie, scheepvaart en visserij, binnen ecologische randvoorwaarden. Voldoende zoet water van goede kwaliteit is geborgd.
Het grootste deel van de wereld en de EU bestaat uit water. Ook in Nederland zijn zeeën, meren en grote rivieren en hun ecosystemen, meer dan we ons soms realiseren, van levensbelang.
Ze zorgen voor voedsel, welvaart én welzijn, maar ook voor biodiversiteit. Grote wateren zijn ook belangrijke buffers tijdens droogte en extreme regenval door een veranderend klimaat. Door opwarming en groeiende menselijke activiteit, waaronder visserij en energiewinning op zee, staan mariene ecosystemen onder hoge druk. Net als op het land zullen we het gebruik van de grote wateren gaan aanpassen aan wat ecosystemen kunnen verdragen, in de Nederlandse delta en de Noordzee, maar ook in de oceanen en rond de Caribische eilanden.
Kennis en innovatie zijn broodnodig, bijvoorbeeld om de draagkracht van ecosystemen vast te stellen, ruimte voor duurzaam economisch gebruik te bepalen en natuur te beschermen en te versterken. Binnen de ecologische randvoorwaarden gaan we door middel van rendabele visserij en aquacultuur hoogwaardig voedsel produceren. Maar ook grootschalige opwekking van windenergie, winning van bouwgrondstoffen, drijvende bouwwerken, scheepvaart en andere ‘blauwe’ sectoren zullen binnen verantwoorde ruimtelijke, ecologische en veiligheidskaders een plaats kunnen houden of krijgen.
Cruciaal is dat in deze missie de samenwerking wordt gezocht, tussen overheid, kennisinstituten en bedrijven, maar ook internationaal, want ecosystemen van grote wateren kennen geen grenzen, de exportkansen zijn aanzienlijk en de opgaven zijn groot.
Vijf innovatieprogramma’s
Einddoel 2050
Een veerkrachtig en klimaatrobuust ecosysteem is de basis voor een duurzaam gebruik van de Noordzee en oceanen.
Wat willen we bereiken:
Gewenste resultaten: (Volgorde: van toepassingsgericht naar fundamenteel onderzoek)
In 2030 heeft 30% van de binnenwateren (rivieren, intergetijdengebied, meren) een beschermde status, inclusief de oeverzones. Er heeft een kwaliteitsverbetering plaatsgevonden van de verschillende ecosystemen, leidend tot de gewenste kwaliteit in 2050. Gebruik van de wateren is natuurinclusief in 2050.
Wat willen we bereiken
In 2050 vormen visserij, landbouw, toerisme samen met waterbeheeractiviteiten een balans met de unieke Caribische (onderwater)natuur en dragen structureel bij aan de lokale voedselvoorziening en de lokale economie op een manier waarbij de natuur niet achteruitgaat.
Nederland is leidend in blauwe economieconcepten die economisch en ecologisch houdbaar zijn.
Aquatisch voedsel wordt erkend als regionaal en duurzaam onderdeel van voedselinname en Nederlands voedselbeleid.
Theory of Change-schema’s
Bovenstaande innovatieprogramma’s zijn ook samengevat volgens de Theory of Change-methode. Deze schema’s zijn meer in detail uitgewerkt en geven de onderlinge samenhang tussen de innovatieprogramma’s weer. U kunt de schema’s hier downloaden.